3.2.2 Vertelvaardigheden

Vertelvaardigheden gebruikt men om informatie te verstrekken (informeren), maar ook om het gespreksverloop en de onderlinge verhoudingen te reguleren.

                                              

Hoe doe ik dat?

  1. U zorgt er voor dat de ander bereid is om te luisteren, u motiveert
  2. U brengt ordening aan in uw boodschap, u structureert
  3. U verwoordt uw boodschap, u formuleert
  4. U maakt van uw uitleg een narratief
  5. U maakt gebruik van retoriek
  6. U zorgt voor een goede dosering
  7. U zorgt voor een goede timing
  8. U gebruikt wetmatigheden en mechanismen uit de psychologie

Meer weten? Zie Gespreksvaardigheden

Nog meer weten? Zie Informeren