1.1.02 Delegatiegesprek

  1. Maak duidelijk dat u delegeert
  2. Maak duidelijk waarom u de betreffende medewerker hebt gekozen
  3. Leg uit wat de taken en verwachtingen zijn
  4. Geef aan welke middelen er zijn en zorg dat de medewerker daar toegang toe heeft
  5. Geef aan waar de grenzen van de taken liggen
  6. Geef aan waar de (eind)verantwoordelijkheid ligt
  7. Spreek uw vertrouwen uit en zeg steun toe. 

Beantwoord nu de oefenvragen